Lisa-Marie

Alsof een ver familielid is overleden, zo voelt het. Ik heb over haar geschreven hier, het zelfs zo gedraaid dat ze stiekem mijn zus was. Goed, ik was toen een stuk minder grijs en had nog praatjes. Maar leuke verhaaltjes waren het wel onder de titel “calling Elvis”

Ik schrok van het nieuws vanochtend. Ze is een jaartje ouder dan ik, ik wilde vroeger met haar trouwen. Niet heel serieus, want de volgende dag had Karin weer mijn aandacht, maar het geeft maar aan dat ik goed bewust was van haar bestaan.

Gisterenmiddag kreeg ik ineens een ingeving en wilde weten wat “How great thou art” betekende. Ik had er nooit bij stilgestaan want dat deed ik immers nooit bij songteksten, en voor mij betekende het iets als: hoe groot door kunst. Deze gospelplaat van Elvis kwam op een of andere manier in me op toen ik in het bos liep. Nu ik wat beter Engels kan, dacht ik ineens, “hoe groot hoewel kunst, dat slaat toch nergens op” en eenmaal thuis zocht ik het op. “Hoe groot gij zijt,” is het en dat maakte het ineens logisch. Ik luisterde een aantal gospelnummers van the king en hervatte toen mijn werk.

‘s Avonds kwam het bericht dat ze naar het ziekenhuis was gebracht, maar ik zag de ernst niet in. Vanochtend bleek ze overleden en zag ik het eerste bericht van een fan met daaronder de tekst: how great thou art.

Rust zacht Lisa. 1968-2023

Hartjes

Ik lever een bovenmackse prestatie deze week. Mijn baas is er niet, en een van mijn collega’s is ziek. Ik help anderen met hun werk maar krijg daar amper tijd voor, zoveel vragen belanden in mijn e-mail. Ik werk van ‘s ochtends tot ‘s avonds en ik was onrustig. Bijna geen tijd om adem te halen. Ik sliep de eerste nacht slecht, maar de tweede al beter omdat ik iets onder controle leek te krijgen.

De twee moeilijkste projecten, die me beide twee dagen hebben gekost om ze te doorgronden en op te lossen, kwamen vandaag kort na elkaar tot een succesvol eind. Ik was er verbaasd over dat het gelukt lijkt, eerlijk gezegd.

Ik ben mij bewust dat ik tot grote hoogten kan stijgen, maar ik ben geen snelle denker. Ik heb luie hersenen die in eerste instantie het probleem proberen te negeren. Het kost me moeite en ik hou dit ook alleen vol in de wetenschap dat ik maandag op de grond kan gaan liggen huilen. Overigens kun je dit allemaal voorkomen door gewoon nee te zeggen tegen klanten, collega’s en bazen. Maar dat heb ik dan weer niet geleerd. Eigenlijk ben ik er te ijdel voor, nee zeggen. Mijn eer te na. Mijn team bestaat voornamelijk uit vrouwen. Dat zit al helemaal niet in mijn systeem om die teleur te stellen. Ik krijg dan ook veel hartjes in de chat. Vroeger dacht ik dat dat over mij ging, maar het gaat over mijn prestatie. Lever ik die niet, dan ook geen hartjes. Het is een harde wereld.

Blauwe vinkjes

Terwijl het buiten stormt, slaapt Hans ergens in Drenthe in het bos. Als je dat slapen kunt noemen natuurlijk, want de wacht zal ook gehouden moeten worden. Hij heeft geen telefoon en hij weet dus ook niet hoe het met PSV is. Ik heb hem het wedstrijdverloop wel geappt, zoals we dat altijd doen als een van de twee niet kan kijken.

Dus ondanks dat de teksten verschoond blijven van een dubbel vinkje, laat staan een blauw dubbel vinkje, heb ik hem laten weten dat het een stuk beter ging dan zaterdag, dat van Nistelrooy voortaan altijd met Guti en Ramalho in de basis moet starten en dat de analisten in de rust weer uit hun nek kletsten. En dat die verdomde Drommel weer een fout maakte waardoor Sparta in de wedstrijd kwam terwijl ze nog niet in de buurt van het strafschopgebied waren geweest. Dat Luuk gewisseld werd en Xavi ook, en dat die Drommel in de laatste minuut een geweldige redding had. Altijd al gezegd, een topper, die keeper.

Die tekst hangt nu ergens in een zendmast en zal naar schatting pas donderdagochtend worden gelezen door hem. Als alles weer rustig is en hij het land met succes heeft verdedigd tegen de invallende vijand. Daar ga ik tenminste maar vanuit. Nee, het is donker en eenzaam werk, maar iemand moet het doen. Ik ga maar slapen, als hij dan toch de wacht houdt.

Glaswaan

Op het gebied van geschiedenis ben ik een twee. Net geen nul. Het interesseerde me niks en ik beschouwde het als verplichte ballast op school. Ik heb geen idee of dat wat ik weet, ik op school heb geleerd of dat ik het zelf gelezen heb.

Als je dan eens een boek leest over vervlogen tijden dan komen daar volkeren in voor waar ik nog nooit van heb gehoord. Merovingen bijvoorbeeld. Ik weet nu alweer niet wie dat waren. Of de onnoemelijk vele koningen die er zijn geweest, wiens bloedlijn altijd maar beschermd moest worden, als wespen die hun koningin verdedigen. Doordat er zoveel koningen waren, waren er ook zoveel oorlogen omdat je als koning wel wat grondgebied moest hebben voor het aanzien. En vervolgens beland ik weer bij een veldslag waar ik nooit van heb gehoord. Die van Westrozebeke bijvoorbeeld.

Wat ik wel weer interessant vind om te lezen is dat het Engelse woord voor ridder is afgeleid van ons woord “knecht” (van de koning) terwijl het Franse woord voor ridder meer de nadruk legt op het te paard gaan (chevalier) net als het onze, ridder, rijder.

Of dat er vroeger een ziekte bestond die glaswaan heette, en waarbij de patiënt dacht dat hij (gedeeltelijk) van glas was gemaakt en dus makkelijk kon breken. Of dat er 1500 jaar lang door medici werd gedacht dat een mens uit vier lichaamssappen bestond, bloed, slijm, zwarte gal en gele gal, en dat een geestestoestand werd veroorzaakt door een teveel van een van deze vloeistoffen. Iemand die glaswaan had, was vaak ook depressief, of melancholisch, wat uit het Grieks komt en zwartgallig betekent. Melancholie heeft de laatste eeuwen een wat positievere bijklank gekregen maar het was oorspronkelijk een depressie. Zwartgalligheid heeft juist een negatieve bijklank, en duidt meer op onwil om iets leuk te vinden. Wat ik heb met een programma van Linda de Mol bijvoorbeeld. Depressie tenslotte klinkt als iets wat je overkomt en waar je geen invloed op hebt.

Dat van die lichaamssappen is bedacht door een of andere knappe Claudius uit de oudheid, wiens theorie 1500 jaar lang de medische wetenschap gedomineerd heeft, maar die het uiteindelijk helemaal fout bleek te hebben. Vandaar ook dat die mensen nu allemaal dood zijn natuurlijk.

Het aantal gevallen van glaswaan is na 1850 spectaculair afgenomen al was er begin deze eeuw een opleving en geloofden hordes mensen dat Arjen Robben van glas was. Tegenwoordig komt het vrijwel niet meer voor, waarschijnlijk is het glaswaanvirus, dat hiervoor verantwoordelijk is, uitgestorven. Het aantal gevallen van eigenwaan is wel spectaculair toegenomen. Ooit zal men dat virus er ook een keer onderkrijgen.

De lift

Vanavond was de film “de lift” op televisie, net als “Soldaat van oranje” een film die ik nog nooit in z’n geheel had gezien. Ik herkende wel de scène met de onthoofding maar waarschijnlijk heb ik dat bij Simonskoop gezien. Ik denk niet dat ik in 1983 naar zulke horror durfde te kijken. Zelfs nu was er een moment dat ik schrok.

De cast van de film is grotendeels dood. Niet eens door ongevallen in een lift, maar door het verstrijken van de tijd. Piet Römer, Pieter Lutz, Gerard Thoolen, Manfred de Graaf, Peer Mascini en Cor Witschge, om de bekendsten te noemen. Waarom de naam Cor Witschge me zo bekend voorkwam ontdekte ik toen ik hem nazocht. Sapperdeflap!

Verder las ik een grapje van Dick Maas, de regisseur. In de clip “when the lady smiles” die hij in hetzelfde jaar opnam, zit een scène van een vluchtende secretaresse die achterna wordt gezeten door Barry Hay. Ze probeert een lift in te komen en op hetzelfde moment komt liftmonteur Huub Stapel uit de andere lift zetten. Ik heb de clip nagekeken en het klopt. Dat was mij nog nooit opgevallen. Ook wel logisch want ik wist niet eens dat Huub de hoofdrol had in “De lift.”

Huub is er gelukkig nog wel. Morgen wordt die andere uitgezonden. Amsterdamned. Deels opgenomen in Utrecht. Met een klein bijrolletje voor Bert Haanstra, Simon van Collem en Carmiggelt. Van die leuke weetjes.

De eerste van het jaar.

Waar ik last van heb als blogger zijn twee dingen. Een is dat je niet schrijft wat er op je hart ligt uit angst voor de opinie. Ik had bijvoorbeeld een stukje over wat ik echt vond, maar twijfel dan ineens of ik dat wel echt vind. Of lul ik gewoon maar wat en zou ik in de door mij geschetste situatie terecht gekomen, ook anders reageren?

Ik weet inmiddels dat ik moeite heb om mensen langdurig te kwetsen. Dat lijkt misschien goed, maar het betekent eigenlijk dat je nergens voor staat. En dat is mijn probleem, ik vind niks voor 100%.

Het andere waar ik last van heb, en wat me vaak gebeurt, is dat ik te laat begin aan een logje, en dat ik het niet kan afmaken doordat ik te moe ben. En dat ik dan denk dat ik het morgen wel doe. Maar morgen is mijn stemming anders, en is het ijzer niet meer heet. Laat maar dan. Bovendien ben ik dan toch aan het zoeken, het beste schrijf ik waargebeurde anekdotes die een beetje door mij zijn opgeleukt.

Ik schrijf dus hele verhalen aan mezelf. In de concepten staat wie ik ben. Maar die worden pas over 100 jaar gepubliceerd, zo heb ik ingesteld. Misschien moet ik er vijftig jaar van maken. Dan ben ik 103. Dan zal het me inmiddels allemaal wel aan mijn reet roesten toch?

Een voorspoedig 2023 gewenst, allemaal!

Mensen die er altijd waren.

Aan het eind van het jaar kan een mens wat melancholisch worden. Dat geldt ook voor mij, zeker als op de valreep nog even bekend wordt gemaakt dat die lieve Margriet Eshuijs is overleden. Het is voor het eerst dat ik het gevoel krijg dat het leeg begint te raken in bekend Nederland. Hennie Vrienten, Pierre Kartner, John Leddy, Piet Schrijvers, Willibrord Frequin en vele anderen. Internationale sterren als Meatloaf en Olivia Newton John verruilden het tijdelijke voor het eeuwige, ik heb dit nooit eerder gehad maar het voelt eenzaam nu mensen die er altijd waren, verdwijnen. De wereld wordt een lege plek aangezien ik geen nieuwe sterren toe laat treden tot dit rijk van zij die er altijd al waren.

Vandaag vroeg iemand of ik tegen een depressie aanzat, en daar keek ik even van op. Hij was juist weggebleven in oktober en november. Maar ik ben gewoon op voor dit jaar. De laatste twee maanden stond mijn blik op oneindig en moest ik overleven op mijn werk, thuis, tijdens de revalidatie van Linda en thuis, met mijn dochter die het laatste beetje levenslust uit ons zoog. Die laatste is sinds een maand bijgedraaid, godzijdank. Ze is weer lief en behulpzaam en ik heb inmiddels twee keer met haar aan haar huiswerk gezeten. Er is weer een land met haar te bezeilen.

Wat een klein persoonlijk lichtpuntje is om de eerder beschreven leger gerakende wereld te compenseren is dat ik me niet erger aan alle mensen die in beeld komen bij het top 2000 café. Vorig jaar vond ik ze nog aandachtsorgels, nu gun ik ze hun plezier. Ik moest er zelf maar eens heen gaan en luchtgitaar gaan spelen. Of toch niet. Het is vast iets tijdelijks en heeft met mijn melancholie te maken. Als die voorbij is vind ik vast ook wel weer wat van die blije dansende mensen.

Volledige controle

Als ik aan mijn vader, God hebbe zijn ziel, denk dan zie ik een knappe, bijna statige man voor me die alles onder controle had. Vooral zijn vrouw en kinderen. Heel anders dan ik dus. Dat werd me weer duidelijk toen we gisteren als gezin in de auto, zowel mijn vader’s als mijn sanctuarium, stapten.

In de jaren zeventig zaten wij achterin, heilig te wezen en naar buiten te kijken. Die twee van mij, eigenlijk de reden waarom ik zo’n grote slee gekocht heb, missen elk respect. Als het portier op slot zit wordt er niet gewacht totdat het open wordt gedaan, welnee, er wordt aan de hendel gehengst alsof dat het ontsluiten bespoedigt. Dan wordt er niet voorzichtig ingestapt, om vooral niks te beschadigen, welnee, met die lompe poten op de dorpel staan zodat er een Peugeot badge los komt. Daarna niet schuldbewust en vol berouw overgaan tot zelfkastijding, ben je gek? “Jack, hoort dit los te zitten?”

En dan achterin zitten klieren met elkaar, alsof ze in een isoleercel met zachte wanden zitten. Rammen, tegen elkaar maar ook tegen mijn zitting. Ik voel nog het knijpen in mijn bovenbeen, mijn vader’s verdediging vanuit de bestuurdersstoel tegen het slopen van zijn interieur. Hij had een Fiat, niet zo’n slee als ik, dus hij raakte ons ook makkelijk. Ik zit een beetje in het luchtledige te graaien.

Als ik er iets van zeg wordt er halverwege mijn zin een nieuwe zin gestart door één van mijn kinderen, alsof ik helemaal niet aan het praten was. Het is niet eens een gebrek aan respect, het is een volkomen onbewustheid van mijn aanwezigheid.

Dan schreeuw ik er ineens doorheen met een duidelijk hoorbare vloek om mijn woorden kracht bij te zetten. Dat er #}%>~%# normaal moet worden gedaan achter in mijn auto! Heel even is het dan stil en houdt het geklier op. Maar in mijn spiegel zie ik dat ze ingehouden zitten te lachen in plaats van dat ze zich trillend van angst onzichtbaar proberen te maken.

Daarnet rij ik even weg, en hoor tijdens het remmen en optrekken een geluid van iets dat schuift. Ik zie het niet in het donker en ik kan er ook niet bij. Het irriteert me. Ik stop en haal uit het opbergvak van het portier van de bijrijder een kunststof doosje van de AirPods van mijn dochter. Flikker daar maar neer, dan ben ik het kwijt. Maakt het uit dat dat alle kanten op schuift!

“Goh, wat lijk jij op je vader, “zeggen ze wel eens. Huhuh. Volledige controle.

Demotuur.

En toen was het weer kerst. Niet normaal wat een druilerige dag. Negen graden met regen. Ben net naar het bos geweest, het is sinds vandaag weer opengesteld door de koning. De hond had er niet veel zin in, ze wordt wat ouder en met die regen wil ze liefst weer terug. Ik kan me één witte kerst herinneren, 1986 tweede kerstdag. Was ook gelijk de beste ooit, al herinnert het betreffende meisje zich er niks meer van.

De top-2000 staat aan, en ook dat is hard aan kracht aan het inboeten. Vind ik dan. En daar hebben we gelijk de zin van het leven te pakken. De democratie is waardeloos. Die zorgt voor deze top 2000 vol nummers die niet om aan te horen zijn. En als die DJ’s dan nog zeggen dat het kutmuziek is, dan kan ik er nog mee leven, maar dat doen ze niet. Nee, ze zijn zogenaamd lyrisch over die bagger, gewoon om te laten zien hoe ruimdenkend ze zijn.

Het begint aardig op een Michelin restaurant te lijken, die top 2000. Zou het daarom niet aardig zijn als ik voortaan wat meer te zeggen krijg, en dan hoef ik heus geen dictator te worden zoals ik vroeger ambieerde, maar gewoon even omdat het nodig is en dat veel dingen terugkeren naar het oude normaal? Dus dat muziek naar muziek klinkt en dat eten naar eten smaakt? En dan wil ik heus niet alle stemmers met een verkeerde smaak het zwijgen opleggen, maar dan maken we daar de bagger top 2000 voor? Dan kun je dat aanzetten als je van bagger houdt. Wat dat betreft zijn die sterrenrestaurants duidelijker natuurlijk. Die hebben sterren zodat je gewaarschuwd bent.

Godswonder

De afgelopen 10 jaar ben ik slimmer geworden. Ik weet het zeker. Hoe dat kan weet ik niet want je hoort op je twintigste het slimst te zijn, maar ik dus niet. Alle grote geleerden leverden hun beste prestaties toen ze begin twintig waren. Einstein heeft na zijn relativiteitstheorieën eigenlijk niks meer gepresteerd.

Bij mij is waarschijnlijk wat anders aan de hand. Mijn hersenen waren op mijn twintigste in topvorm, net als bij iedereen, alleen was ik toen te dom om ze te gebruiken. Ik had ze voor andere doeleinden nodig, en nadenken over leerstof was bijzaak. Mijn hersenen maakten zich drukker over mijn omgeving en mijn imago dan over wiskunde. Mijn iq mag dan niet in de buurt komen van dat van Einstein, mijn brein heeft wel evenveel rekenkracht. Ik kon bijvoorbeeld prima bepalen of iemand mij aardig vond of niet. Einstein interesseerde dat niet, dus gebruikte hij dat deel om één of andere vage theorie uit te denken, en uitsluitend door die desinteresse wordt hij nu geroemd en ik niet.

Nu kan ik gelijk verklaren hoe het komt dat ik slimmer denk te zijn geworden. Met de loop der jaren is het mij ook minder gaan interesseren of iemand mij mag! Er kwam dus ook extra capaciteit vrij, die ik nu ook gebruik om mij uit de naad te denken. Van het team waarin ik zit ben ik de op drie of vier na oudste. Als ik het in zou moeten schatten denk ik dat ze mij als bovengemiddeld bekwaam zien. Ik krijg veel vragen die ik voor ze probeer op te lossen. Zelf zie ik het anders. Ik ben soms verbaasd over de snelheid waarmee jongere collega’s een probleem doorgronden. Ik ben niet zo’n snelle denker. Ik doe er wat langer over, maar ik ga dieper het probleem in en kom uiteindelijk met de oplossing naar boven.

Ik overzie de hele situatie dus niet, ik begrijp slechts een detail, wat mij lukt met geduld en doorzettingsvermogen. Dat ik hier af en toe een samenhangend verhaal weet te schrijven mag een godswonder heten.