Linda is zeer binnenkort jarig en wordt 50. Toen ik haar leerde kennen was ze nog 29. Ze had nog geen kunstheup en geen kunstknie, ze had haar galblaas nog, ze had nog geen hartinfarct gehad en ze stond nog niet op de wachtlijst voor nog een kunstheup. Ik daarentegen, ben nog perfect. Nou ja, voor mijn leeftijd dan. Oké, van 52-jarigen zijn ook nog betere exemplaren te vinden, maar dan moet je goed zoeken.
Maar daar gaat het verder niet over, het gaat over haar verjaardag. Een verjaardag als alle anderen. Er moesten wel cadeau’s komen. Daarom reed ik vorige week naar Dirkshorn, dat zou 95 km ver zijn volgens marktplaats. Maar dat was het niet, het was 155 km. Maar goed dat ik een moddervette diesel heb, die kachelt daar zo even naar toe. Maar de kinderen! Die hadden natuurlijk niks geregeld, en wij nemen dat onszelf kwalijk want onze kinderen zijn lapzwansen. Lieve lapzwansen weliswaar, maar wel lapzwansen.
Kijk, hadden ze nu online iets gekocht, uit zichzelf, dan vond ik het prima. Of ze zouden precies weten wat mama wilde hebben en bestelden het dan, ook goed. Maar nu ging het als volgt. Tammar ging snel naar de Etos site om luchtjes te bestellen. Toen ik zei dat je luchtjes wel even zelf moest ruiken, ging ze zoeken naar een boek. Linda krijgt elk jaar een boek en een luchtje van ze. Omdat Linda geïnteresseerd is in de verschrikkingen van de Tweede Wereldoorlog, vroeg Tammar aan mij of ze “Het Achterhuis” al had. Ja, dat heeft ze. Al twee keer. “Oh, en deze dan: ik ontsnapte uit Auschwitz.”
Ik legde Tammar uit dat het zo niet werkt, dat ze best moeite mag doen om een cadeautje voor haar moeder uit te zoeken, en ik stelde voor om naar de stad te rijden. “Moet dat? Ik ben heel erg moe. En ik moet nog leren!” Met Hans ging het al niet veel beter. Ik zei tegen hem dat we naar de stad gingen om een cadeautje te kopen. Hij had al afspraken, was het antwoord. “Ik fiets dinsdag wel naar de boekhandel,” zei hij. Ik zei dat hij dan dikke, vette pech had, want dat had hij eerder moeten regelen.
We gingen dus naar Apeldoorn, maar Tammar vond dat ze vet haar had en vroeg of ze nog even snel mocht douchen. Als ik het geweten had had ik nee gezegd, want even snel betekent niet dat ze in tien minuten klaar staat, het heeft zeker drie kwartier geduurd. Douchen, föhnen, opmaken, gewoon niet normaal. Een hoop gezeik, gedram en boze gezichten.
Uiteindelijk gingen we naar Apeldoorn, Hans heeft Tammar constant verteld dat hij zich schaamde om naast zo’n lelijk kind met vet haar te lopen, en daar moest ze weer om lachen. “Hans, weet je wel dat niemand jou mag,” antwoordde ze. De sfeer werd een stuk beter, ze moesten lachen om mijn opmerkingen richting een dommige verkoopster, en alletwee zochten ze een cadeau uit. En deze keer geen boek of luchtje maar iets waar ze over nagedacht hebben. Ze waren er tevreden over. Aanpakken dat tuig.
Gajes van de richel.
LikeLike
Goed aangepakt.
Een leestip voor Linda: ‘Onder de vleugels van de partij. Kind van de Führer’ van Inge P. Spruit. Ik ben er al een paar maanden stukje bij beetje mee bezig. Het is een boek om langzaam in gedachten tot je te laten komen en te verwerken. Af en toe weet ik werkelijk niet wat ik lees. Er gaat een wereld open. Wat een verhaal!
LikeGeliked door 1 persoon
ik heb je blogpost vanaf het begin tot het einde gelezen, de eerste alinea met iets van kromme tenen, ik weet nog niet precies waarom. Maar de laatste alinea, en de weg daar naar toe vind ik smullen!
Voor de liberaal humanisten onder ons: het verhaal van Mack is een klinkende demonstratie van het inzicht dat je niet maar zo vanzelf goed en gelijkwaardig wordt geboren
LikeLike