I was the one

Ik heb een Soundmaster NR513dab, een overschat muziekapparaat dat er nostalgisch uitziet maar voorzien is van USB, DAB, phono, tape, cd en radio. Het geluid is aardig, maar niet meer dan dat. De pick-up werkte niet meer helemaal goed en moest afgesteld worden. Dat deed ik volgens het boekje, nog best ingewikkeld met een onmogelijk bereikbare stelschroef, maar gelukt.

Ik luister naar de top 4000 op radio 10, maar de muziek is te bekend of te matig. Ik pak één van mijn oudste singeltjes, “Heartbreak Hotel” van Elvis maar draai de b-kant, “I was the one.” Niet dat ik erbij was, maar het krakerige oude singeltje brengt me terug naar 1956, toen Elvis dit in de RCA studio opnam, en ik hoor hoe goed dit was. Hoe mooi dit geweest moet zijn in die tijd, toen het volledig nieuw was. Ik zat te denken, wat heb ik bewust meegemaakt aan nieuwe muziek? Niet veel, maar wel Graceland van Paul Simon. “You can call me Al,” dat weet ik nog dat ik die voor het eerst hoorde en gelijk het meesterwerk herkende. Of “Take on me,” van A-ha. Of wat later, “Viva la vida” van Coldplay.

Maar de meeste muziek was er gewoon, en ik maakte niet bewust de opkomst mee. Maar als de muziek teveel wordt, of te ingewikkeld, dan ga ik even terug naar de basis, I was the one.

Black Mirror

We kijken regelmatig de Netflix serie Black Mirror, die ik echt geweldig vind. In de verte heeft het iets van het vroegere “Twilight Zone,” doordat het allemaal mysterieuze verhalen op zich zijn. Ik wou dat ik zo’n verhaal kon bedenken, maar sinds ik ouder ben gaat mijn fantasie wat minder ver.

In elk geval, één van de afleveringen heette Panic, en het gelijknamige nummer van The Smiths kwam er in voor. Ik zocht het nummer later op YouTube en zag in de reacties iemand refereren naar de serie. De aflevering van vandaag eindigde met een nummer van Elvis dat ik als kind draaide, maar wat je werkelijk nooit meer hoort. Voor mij was het meer dan veertig jaar geleden, en heel misschien heb ik het daarna nog een of twee keer gedraaid. “Mama liked the roses,” en ik herkende het bij de eerste klanken. Ik was aangenaam verrast, zowel doordat zo’n onbekend nummer van Elvis werd gebruikt, als wel doordat ik het nummer gelijk herkende. Het zal geen wereldwonder zijn, maar toch vond ik het wonderlijk dat ik het herkende voordat Elvis begon te zingen, terwijl ik zo uit mijn hoofd die beginklanken niet weet te reproduceren.

Twee weken terug, of het iets met bovenstaande heeft te maken weet ik niet, maar had ik ineens de woorden “vicar in a tutu” in mijn hoofd en vroeg me af wat dat was. Ik kende de woorden, maar had geen idee wat ze betekenden en waar ik ze van kende. Ik zocht het op en het bleek de b-kant van het singeltje Panic van The Smiths te zijn. Dat singeltje heb ik ook al bijna veertig jaar, maar zelfs toen ik het luisterde was er geen enkele herkenning. Terwijl ik het toch gedraaid moet hebben want wie draait er nu niet de b-kant van z’n singeltje? Elvis’ onbekende nummer herkende ik gelijk, dat van the Smiths niet. Nou ja, niet heel gek, maar toch vreemd dat ik geen herkenning had. Kennelijk vergeet je ook muziek.

Ik zocht “Mama liked the roses” zojuist op en zag als eerste comment: “Black Mirror brought me here.” Mij ook, al vermoedde ik al dat ik zo’n reactie zou vinden. Je moet eens gaan kijken, het zit geweldig in elkaar.

Lisa-Marie

Alsof een ver familielid is overleden, zo voelt het. Ik heb over haar geschreven hier, het zelfs zo gedraaid dat ze stiekem mijn zus was. Goed, ik was toen een stuk minder grijs en had nog praatjes. Maar leuke verhaaltjes waren het wel onder de titel “calling Elvis”

Ik schrok van het nieuws vanochtend. Ze is een jaartje ouder dan ik, ik wilde vroeger met haar trouwen. Niet heel serieus, want de volgende dag had Karin weer mijn aandacht, maar het geeft maar aan dat ik goed bewust was van haar bestaan.

Gisterenmiddag kreeg ik ineens een ingeving en wilde weten wat “How great thou art” betekende. Ik had er nooit bij stilgestaan want dat deed ik immers nooit bij songteksten, en voor mij betekende het iets als: hoe groot door kunst. Deze gospelplaat van Elvis kwam op een of andere manier in me op toen ik in het bos liep. Nu ik wat beter Engels kan, dacht ik ineens, “hoe groot hoewel kunst, dat slaat toch nergens op” en eenmaal thuis zocht ik het op. “Hoe groot gij zijt,” is het en dat maakte het ineens logisch. Ik luisterde een aantal gospelnummers van the king en hervatte toen mijn werk.

‘s Avonds kwam het bericht dat ze naar het ziekenhuis was gebracht, maar ik zag de ernst niet in. Vanochtend bleek ze overleden en zag ik het eerste bericht van een fan met daaronder de tekst: how great thou art.

Rust zacht Lisa. 1968-2023

Elvis

In het begin van de coronacrisis in 2020 hoorde ik dat Tom Hanks Corona had opgelopen tijdens de opnames van een film waarin hij Colonel Parker, de legendarische manager van Elvis, speelde. Tot vanavond moest ik wachten om deze film te kunnen zien, waarin een acteur, die niet heel veel op Elvis lijkt, hem toch zo weet neer te zetten dat je soms twee keer moest kijken of hij nu de acteur of Elvis was.

Het levensverhaal van Elvis wordt verteld door Colonel Parker, echte naam Andreas van Cuijk, geboren te Breda, gespeeld door Tom Hanks, die zelfs een keer in het Nederlands vloekt.

Het loopt slecht af met Elvis, dat wist ik al, maar ik hoopte toch op een wat vrolijker einde. Een bekende scène van een optreden een paar weken voor zijn dood. Elvis neemt plaats achter de piano en zingt unchained melody. Tijdens deze scène gaat de film ineens over in de echte opname. De grote ster had moeite met lopen, maar zong nog steeds fantastisch. Ik liep met een bedrukt gevoel de zaal uit. Was dit maar anders gegaan. 42 jaar, de grootste ster ter wereld, en dan stopt het plotseling, de wereld in shock achterlatend.

Motorweekend

Dit weekend was het jaarlijkse motorweekend waar ik eens in de zoveel jaar met de auto aan meedoe. Op vrijdagochtend gingen we weg, en op vrijdagmiddag werd ik ziek. Nou ja, ziek is een groot woord, maar ik werd wat koortsig. ‘s Avonds kleedde ik me om, ik had mijn fijnste broek meegenomen, hoor ik: er zit een scheur in je kont. Daar bedoelden ze mijn broek mee. Omdat het tevens mijn enige lange broek was, ben ik met scheur naar het restaurant gegaan. Bij het parkeren beschadigde ik mijn velg. We gingen het steakhouse in en ik bestelde tortellini, dan steek ik daar wel in. De muziek vergoedde veel. Carpenters, Elvis, en andere muzikalen.

Na een koortsige nacht, reden we de volgende dag ochtend naar Bad Nauheim, de stad waar Elvis was gelegerd in zijn diensttijd. Nadat ik gestopt was om over te geven, konden we weer verder over de schandalig slechte wegen in Duitsland -ik kan geen bord met Strassenschaden meer zien- en kwamen we na een poosje aan in deze Elvisstad. We zagen een politiebusje en mijn schoonvader vroeg aan de agenten wo die Goethestraße war. Echt, alsof ze water zagen branden. Elvishome, probeerde hij, en toen begon hen iets te dagen. Ze stuurden ons finaal de verkeerde kant uit. Of het nu was omdat ze in hun pauze gestoord werden, dat ze niet van Elvis hielden, of omdat wij Nederlanders hen ook altijd de verkeerde kant op stuurden, wij liepen in de verkeerde richting. Na 150 meter hadden we hun poets door, en keerden om. Toen we langs het busje liepen zijn we er aan beide kanten hard tegenaan gaan duwen. Helaas gelijktijdig, dan merken de inzittenden er niks van.

Op een gegeven moment komen we op een brug waar een beroemde foto van Elvis is gemaakt, en daar staat zijn standbeeld. Ik stond nu voor het eerst in mijn leven op dezelfde plek waar Elvis ooit stond. Het was magisch, en ik knapte gelijk wat op. We kwamen langs het huis waar hij gewoond had, op nummer 14, maar er was geen enkel ding aan het huis dat daaraan herinnerde. De bewoners waren kennelijk gewone mensen met een Mercedes, die dat huis als woning gebruikten. Nou ja, gewoon, ik vind het behoorlijk gestoord als je daar gewoon woont en verder niks! Hang op z’n minst een bordje op of zo.

Ik kocht een nieuwe broek in Bad Nauheim, die ik vanaf nu stiekem mijn Elvisbroek noem. Met deze nieuwe broek kon ik tenminste weer fatsoenlijk een restaurant in. En zo geschiedde in de avond, maar nu brak weer een pootje van mijn enige leesbril af. De koorts kwam weer opzetten en ik had geen paracetamol bij me. En degene die hoopgevend zei: moet je paracetamol hebben, ook niet. Iemand van ons, ik weet niet wie, had gezegd dat je in Duitsland niet zomaar paracetamol kon kopen, daar moest je een recept voor hebben. Omdat dat aannemelijk klonk hebben we het ook niet geprobeerd, maar eenmaal thuis hoorde ik dat dat niet klopt. Rillerig van de koorts gaf ik na het restaurant aan dat ik naar het hotel wilde, en de rest was solidair.

Op de laatste dag, vandaag, ging er weinig meer mis, behalve dan wat verkeerd rijden door de getto’s van Gelsenkirchen. Daarvoor hadden we Winterberg nog aangedaan, waar ik heel lang geleden wel eens geweest was, maar waar ik liever niet aan herinnerd wordt. Door hoge nood gedwongen kwamen we uit bij de McDonald’s en aten we een lauwe Big Mac. Ik begon wat op te knappen en even later tikte ik de 220 aan. Harder was ik zelf nooit gegaan. Ik weet dat het niks bijzonders is, maar ik vind het knap hard. Op een motor zou ik daar helemaal niet aan moeten denken. Al met al was het niet zo’n kutweekend als het lijkt in mijn beschrijving.

Elvis, the perfect man

Als u hier al lang leest, weet u dat ik Elvisfan ben. Sinds mijn achtste ongeveer. Dat houdt in dat er hier en daar in dit huis wat sporen van The King te vinden zijn, en dat ik zijn repertoire ongeveer wel ken.

Wat ik ook leuk vind is om op Facebook wat Elvis pagina’s te volgen. Niet dat je daar nog veel nieuws vindt, maar het is ongelofelijk hoe Elvis veel van zijn fans nog in zijn greep heeft. De reagerende fans zijn veelal Amerikaanse vrouwen van tegen de zeventig die onder elk plaatje van hem lyrisch en op typisch Amerikaanse wijze reageren. Elke dag lees ik wel iets als: “The most beautiful face God has ever created.” Of een jaloers, “he doesn’t look happy with that woman” doelend op het feit dat Elvis een nieuwe vriendin had na zijn scheiding van Priscilla.

Laatst vroeg iemand zich wanhopig af hoe het toch zo mis had kunnen gaan met Elvis, waarmee bedoeld werd dat als Elvis haar in zijn leven had toegelaten, ze wel gezorgd zou hebben dat hij niet op dat verkeerde pad terecht was gekomen. Ik antwoordde geheel tegen de bedoeling in dat het Elvis’ eigen schuld was, dat hij alleen mensen om zich heen duldde die met hem mee huilden in plaats van mensen die hem de waarheid zouden vertellen en hem weer het rechte pad op zouden schoppen. Maar dat kon natuurlijk niet. Elvis was perfect, dus kon het onmogelijk zijn eigen schuld zijn. Het moest de schuld van de kwade zielen om hem heen zijn, die alleen op zijn geld uit waren.

Zo kun je het ook zien natuurlijk. Ik blijf wel van mening dat hij er zelf bij was, ondanks dat hij gestuurd werd door angsten. Ik begrijp het zelfs nog wel. Maar die angsten had hij moeten bespreken, ze onder ogen durven komen, en ze niet steeds meer moeten onderdrukken met medicinale zooi. Wat minder vet eten en nooit dat contract voor die baggerfilms tekenen. Iemand had hem moeten vertellen dat hij zanger was, geen acteur.

Ondanks dat hij maar 42 werd, en ondanks dat hij van die 42 jaar nog tien jaar heeft vergooid met matige films maken, is hij uitgegroeid tot de grootste artiest die de wereld ooit kende, dan zeg ik het maar even in mijn eigen woorden. Niemand kon pijn beter overbrengen in een lied dan Elvis. En niet alleen in de laatste jaren van zijn leven, ook in het begin van zijn carrière kon hij dat al. En ondanks dat een groot deel van zijn fans niet helemaal spoort, kan ik niemand anders verzinnen die het gaat lukken om zo lang na zijn dood nog zo massaal verafgood te worden. Al is het door eenzame vrouwen van tegen de zeventig.

De vroege of de late?

Soms moet je even afstand nemen van de dagelijkse beslommeringen. Ik had de pest in door gebeurtenissen vandaag en ik moest eens even niet op internet. Ik keek een documentaire over Elvis. Een van de velen die over hem gemaakt is. Ditmaal ingesproken door Priscilla, Bruce Springsteen, Tom Petty, Ronnie Tutt e.a. Toen ik jong was en voor het eerst in aanraking kwam met zijn muziek, maakte het niet veel uit. Elvis was Elvis en ik hoorde niet het verschil tussen een slap filmliedje en een kunstwerk als Suspicious Minds. Dat kwam later. Veel later. Niet helemaal waar natuurlijk, maar ik ben ook altijd zijn flutliedjes blijven waarderen.

Er is de jonge Elvis, uit de tweede helft van de jaren ’50, en er is de latere Elvis, uit de eerste helft van de jaren ’70, en ik heb me lang afgevraagd welke nu de beste was. Om die vraag te kunnen beantwoorden moet je lang geluisterd hebben naar zijn muziek. Die jonge Elvis was de onbevangen, de vernieuwende Elvis die de muziek veranderde. De latere Elvis was de zanger die wraak nam op die ellendige periode die achter hem lag, die pijn en eenzaamheid kende en die je deelgenoot maakte van zijn persoonlijke pijn door middel van zijn muziek. In alles een briljant artiest. Hij probeerde mee te bewegen met de muziek, te moderniseren en dat zou zeker gelukt zijn als hij uit de klauwen van zijn manager was ontsnapt en niet vroegtijdig was overleden.

Of Don’t be cruel nu beter is of My Boy? Don’t be cruel is beter, My Boy is mooier. Of andersom. De ene keer die, de andere keer die. Je voelt de pijn, in My Boy. Je voelt de levenslust in Don’t be Cruel. Zo denken we dat het is. Dat kan een waar artiest.

Ik heb aan je gedacht.

Het is 16 augustus en 40 jaar geleden. Ik weet nog dat het 16 augustus was en tien jaar geleden. Dat was dus 30 jaar geleden. Het leek een eeuwigheid geleden omdat er in die tien jaar veel meer gebeurde dan de afgelopen 30 jaar. Tenminste, dat lijkt zo, het is niet echt zo. Maar toch.

Ik heb de documentaire vanavond gezien. Elvis leeft, op NPO 1. Ik wist niet er zoveel Japanners idolaat van Elvis waren. Vooral van de jonge Elvis. Ze kennen geen woord Engels, maar dat belet ze niet om Elvis te zingen in het Japans. Het klinkt nergens naar. Maar toch leuk.

Daarna kwamen een aantal Nederlandse artiesten een ode brengen aan Elvis. Douwe Bob. Jet Rebel. Die laatste pakte een lullig onbekend filmliedje en zong het. Het was grappig.

40 jaar geleden, ik weet het niet eens meer. Ik kan me zijn overlijden niet herinneren. Ik moet wel vlak daarna mijn eerste LP hebben gekocht, zonder dat ik in de gaten had over welke grootheid het ging en welke leegte hij zojuist had achtergelaten. Dat heb ik allemaal later ontdekt. En nog steeds ontdek ik nummers die ik niet kende. Raar is dat. Elvis heeft ongeveer 700 nummers achtergelaten, en natuurlijk zitten er een paar tussen die je niet onthoud. Maar ik was twee jaar geleden stomverbaasd, dat ik dit nog nooit had gehoord.


We can make the morning.

En dit:

Thinking about you.

The wonder of you

Ik heb altijd gezegd dat als Elvis nog een keer zou optreden, ik erheen zou gaan. Gisterenavond was het zover, Elvis trad op in Ahoy samen met een groot orkest. Het was zijn grote droom om in Europa op te treden, en ook was hij gefascineerd door grote orkesten. 40 jaar na zijn dood trekt de man nog volle zalen over de wereld. Nou ja, Ahoy zat driekwart vol, maar toch.

Elvis werd op een groot scherm geprojecteerd, zijn stem was van de band gefilterd en het orkest begeleidde hem. Het was absoluut mooi gedaan, en ik vroeg me af hoe mooi het moest zijn om ooit een echt optreden van hem meegemaakt te hebben. Want wat een artiest, wat een magneet was die man. Zijn vrouw, Priscilla, was aanwezig en praatte de show aan elkaar, en vertelde over Elvis’ dromen, gaf een inkijkje in de prive 8mm film collectie, en noemde haar drie favoriete nummers. Don’t, It’s now or never en I can’t help falling in love with you, die vervolgens ook ten gehore werden gebracht.

Ik realiseerde me dat ik nooit meer dichter bij Elvis zou komen. Hier stond iemand die Elvis echt gekend had, wat heet! Ze is inmiddels over de zeventig, en de plastische chirurgie heeft zijn vernietigende werk gedaan, maar van een afstandje ziet ze er nog goed uit. Blote armen kon ze nog makkelijk hebben. Ik zag haar op TV bij Tan, en afgezien dat ik me rot schrok van haar uiterlijk, ergerde ik me weer gruwelijk aan Tan en Peter R. Tan heeft geen idee wie ze is of wie Elvis was. Is alleen met zich zelf bezig, bah.

Maar Priscilla was vriendelijk en leek zich te realiseren wat Elvis nog steeds los maakt bij veel mensen. Ik keek naar dat gezicht op het grote scherm. Dat vertrouwde gezicht dat mij al mijn hele leven begeleidt.

An American Trilogy

Ik hoorde hem vandaag voorbij komen in de top 2000, An American Trilogy van Elvis Presley. Elvis begon dit nummer ten uitvoer te brengen in de jaren 70, en inmiddels is het nummer populair op crematies en wordt het ook vaak opgedragen aan het Amerikaanse leger. Het nummer is in elkaar gezet door Mickey Newbury.

American Trilogy , gezongen door Elvis, je kunt de pijn voelen.

Elvis hoorde als kind zijn moeder het nummer vaak zingen als ze stond af te wassen of iets van dien aard. Wat hij zijn moeder dan precies hoorde zingen is mij onduidelijk want het lied is een medley van drie beroemde Amerikaanse 19e eeuwse liedjes.

Dixie , klinkt alsof het door de Dubliners ten uitvoer wordt gebracht. (I wish I was in a land of cotton, where old times were not forgotten)

All my trials (hush, little baby don’t you cry)

The Battle Hymn of the Republic (glory glory haleluja)

Zonder een gezonde dosis Amerikaans nationalisme hadden we dit prachtige nummer nooit gekend. Nummer 1348 stond het slechts, maar het staat erin, dat is het belangrijkst. Heb ik ook eens lesgegeven a la Don Leo Blokhuis.