Of er nog vragen waren, vroeg de jongedame die onze gids was tijdens de beklimming van de Dom, nadat ze uitleg had gegeven over de veertien klokken die hingen op de klokkenzolder. Het meisje was hooguit twintig, ik had de Domtoren al drie keer beklommen voordat zij geboren was. Niemand had vragen, dus stelde ik maar die vraag waar ik het antwoord eigenlijk al op wist, hoe ze die klokken van 8000 kilo omhoog hadden gekregen.
Ze vertelde dat er twee theorieën over waren, een was via binnenkant, de ander via de buitenkant. Klinkt als een klok en waarschijnlijk zat het goede antwoord erbij. Ik vroeg het niet om bijdehand te doen, maar staand op de klokkenzolder begrijp je er helemaal niks van. Alleen al de enorme balkenconstructie met balken van meer dan een halve meter dikte waaraan de klokken hangen, riep bij mij vraagtekens op. Het begint al met het feit hoe ze in die tijd zulke balken konden zagen. Hoe is het mogelijk dat die toren gebouwd is, en hoe kregen ze loodzware klokken naar veertig/vijftig meter hoogte getakeld?
Er zijn geen levende getuigen van de bouw, en kennelijk vond men het in de 13e eeuw niet zo’n probleem om te beginnen met bouwen in de wetenschap dat het hele gebouw, inclusief domkerk pas drie eeuwen later af zou zijn. Toen ik de bovenste trappen opliep, duizelde het me. Hoe konden ze zo’n gigantisch en indrukwekkend bouwwerk leveren? Er klopt iets niet. Het is dat ik met m’n eigen ogen zag dat de Dom er stond, anders zou ik het niet geloven.

Ik denk dat ze vroeger veel vindingrijker waren dan nu. Toen ik voor de pyramides stond dacht ik ook, hoe hebben ze die loodzware blokken omhoog gekregen? En zo precies? Er moet een eenvoudige verklaring voor zijn, maar we zijn dom geworden en kunnen het niet meer bedenken.
LikeLike