Ik was gisteren bij de afscheidsdienst en begrafenis van de vader van mijn zwager. Mijn zwager (van mijn zus) verloor een aantal jaar geleden zijn moeder, en nu dus zijn vader. De man was 77, niet piep en niet stok. Maar de band tussen zoon en vader was wel de sterkste die ik kende, in elk geval op die leeftijd. Hij woonde zijn hele leven in het kleine dorp waar hij was geboren, en waar hij ook zijn landbouwmechanisatiebedrijf was gestart. Harm, zo heette hij, was er een aantal jaar geleden uitgestapt en had het overgedragen aan zijn zoon, mijn zwager. Doordat zijn bedrijf zich achter zijn huis bevond, liep hij er nog dagelijks even rond, en sprak hij dus ook dagelijks met zijn zoon.
Wij zagen Harm altijd op verjaardagen en vooral Linda was weg van hem. Een sympathieke man uit het buitengebied die zijn zaakjes goed voor elkaar had. Harm en zijn vrouw zijn hier nog op kraamvisite geweest, en ze nodigden ons uit op hun veertig-jarige huwelijksfeest. Kan ook vijftig geweest zijn, dat weet ik niet meer zeker. Mijn zus was ook helemaal weg van haar schoonvader, en eigenlijk kan ik me helemaal niet voorstellen dat iemand een hekel aan deze man had.
Op de condoleance waren 800 mensen afgekomen. Harm lag opgebaard in de nieuwe hal van zijn bedrijf, tussen het nieuwste type trekker dat net was binnengekomen en dat hij nooit zag, en de eerste die ze ooit verkochten, een open modelletje uit de jaren vijftig. Het was prachtig. Uit alles sprak een diepe waardering voor deze man, uit de woorden van zijn zoon, die soms nauwelijks verstaanbaar waren door de emotie, en ook uit de woorden van een werknemer, die sprak voor zijn ex-werkgever.
In de rouwadvertentie stond: “ik heb een mooi leven gehad”, maar dan in het plaatselijke dialect dat hij sprak. Het waren woorden die hij kort voor zijn overlijden uitsprak. Ik geloof dat het waar is.
Een blogje met liefdevolle woorden.
LikeLike