Een kleine twintig jaar geleden zagen mijn zaterdagavonden er anders uit dan nu. Nu zijn ze steeds hetzelfde, want daar hou ik van, hetzelfde. Zolang hetzelfde maar afwisselend genoeg is natuurlijk. Maar toen, ik kende Linda nog niet, er was nog geen internet, tenminste niet bij mij, en ik woonde net op mezelf. Elke zaterdag reed ik in mijn zwarte Peugeot 205 GTI naar Zwolle waar mijn broer en zijn toenmalige vriendin die nu zijn vrouw is, in een achterbuurt op een flat woonden. Meestal gingen we ’s middags even naar de stad, we deden boodschappen voor het avondeten, we huurden een video en dronken een biertje. Om een uur of twaalf scheurde ik naar huis, alle snelheidslimieten negerend, want ik dacht dat ik een coureur was. Wat ik ook was natuurlijk, alleen racete ik tegen ingebeelde rivalen. Die twintig minuten die ik er over deed waren magisch. De toerenteller die meer dan 5000 stond aan te wijzen, de vibraties en de herrie in de auto, de muziek van zelf samengestelde cassettebandjes, het snelheidsverschil waarmee ik andere auto’s inhaalde op de A50 en vooral de achteloosheid waarmee ik dat deed. Want daar ging het ook om, natuurlijk. Het was een mooie tijd.
Nu is het ook weer mooi. De kinderen in bed, een film aan, op de bank hangen en je af en toe bedenken hoe goed je het ook weer hebt. Eigenlijk zijn zaterdagavonden tijdloos. Het moet toch wel gek gaan wil ik ooit nog een hekel aan zaterdagavonden krijgen.
Ik vind vrijdagavonden nog net ietsjes fijner. Maar ook niets mis met zaterdagavonden, inderdaad. Alhoewel, twintig jaar geleden was ik meestal de halve avond bezig om door de files naar huis proberen te komen als koerier.
LikeLike
20 jaar geleden had ik een hele werkweek achter de rug. En werd er altijd op zaterdag de was weggewerkt.
Er zal bij ons best een film aangestaan hebben, mijn man zal best op de bank gehangen hebben. Één kind het huis al uit. Het andere kind met vrienden uit. Maar ik een hele avond zitten? Dat denk ik van niet.
Ik vond ook de vrijdagavond fijner. Het gevoel van zo, de week zit erop.
LikeLike
Het beeld van de zaterdagavonden dat het meest bij mij is blijven hangen, wordt bepaald door de rol van taxichauffeur die ik dan moest spelen voor mijn dochters. Ik denk dat jij zo rond 2025 daarvoor ook aan de beurt komt…
LikeLike
Dat is het verschil met dochters en zonen, Rob. Jij taxichauffeur. En ik maar wachten tot ik de garagedeur hoorde opengaan.
In beide gevallen betekende het: opblijven.
LikeLike
Rob en Fien zeggen het al, zo was het voor ons 20 jaar geleden ook, taxichauffeur spelen of wachten tot de deur dicht slaat, al in bed of niet.
LikeLike
Zo kan je het natuurlijk ook bekijken! Bedankt Mack!
LikeLike
Ik moet altijd zo lachen om jouw kijk op jezelf. Vannacht droomde ik dat je een kindje van een jaar of twee op je arm had. Tammar en Hans hingen aan je been en wilde naar het kindje kijken. Toen het kleintje haar hoofd omdraaide zag ik dat ik het was. Als heel jong peutertje.
Ik werd heel raar wakker.
LikeLike
Yukiko, ik droomde dat ik de weg kwijt was in Utrecht. Ik vroeg aan een serveersters waar de Dom was, en ze wees de richting en zei toen: ken ik jou niet? Ik zei, dat zou kunnen. En toen liep ze gillend weg. Aaaahh!! Edwin Evers!
LikeLike
Ik vind jou altijd qua type op die man van de AHreclame lijken. Net zo oenig 😉
LikeLike
Ach ja. Soms is het pijnlijk het verschil te ervaren tussen de held die je denkt die je bent, en de sul zoals anderen je zien.
LikeLike
Nou, ik vind je wel een held hoor. Wie durft er ’s avonds laat langs ons huis te sluipen met een mand vol cadeautjes? Dat doet alleen Sinterklaas.
LikeLike
Zo Yukiko, dus jij droomt over mijn man??? 😉
LikeLike
Ja, echt een droomvent 😀 (ik slaap nog slecht sindsdien, durf niet meer in slaap te vallen ;))
LikeLike
Och komop. Je ziet mij als een vaderfiguur. Ontkennen heeft geen zin.
LikeLike
Ja, dat klopt, je bent echt al een ouwe bok 😉
LikeLike