Panini 1981

Qua voetbal zijn we bijna aanbeland op het niveau van het Nederlands elftal begin jaren ’80. Het was niks. We werden aan alle kanten weggespeeld en het was wachten op San Marco, die pas in de tweede helft van de jaren ’80 zou zorgen dat een trauma werd verwerkt. Maar toen kenden we hem nog niet. PSV verloor nog met 6-0 van St. Etienne. Ik stapte op een wat ongunstig moment in het voetbal. Cruijff was al geweest, en ik had nog niet helemaal door hoe groot hij was. Toen hij nog even terugkwam in de Nederlandse competitie had ik mijn interesse in het voetbal verloren.

Mijn zoontje Hans stapt ook op een wat ongunstig moment in. Hij is voor PSV, maar PSV bakt er weinig van. Maar als de geschiedenis zich herhaalt, en dat doet geschiedenis, dan is er nu ergens een supertrio aan het trainen, zonder dat ze weten dat ze een supertrio zijn. Misschien kennen ze elkaar nog niet. Maar aan het eind van dit decennium zal het de wereld laten zien waar Nederland ligt.

In 1981 kocht ik Panini voetbalplaatjes. Mijn vader was het er niet mee eens dat ik al mijn zakgeld aan de plaatjes had uitgegeven. In 1981 voetbalde Eddy Treytel bij AZ, was Hans Kraay trainer van FC den Haag, zat Excelcior in de eredivisie, was Hiele de keeper van Feyenoord, Ronald Koeman (FC Groningen) werd omschreven als één van de grootste talenten van Nederland, Bert van Marwijk speelde bij MVV, Rinus Israel bij PEC Zwolle, de van de Kerkhofjes bij PSV, Jan Jongbloed was keeper van Roda, Louis van Gaal speelde samen met Ruud Geels bij Sparta onder Barry Hughes, FC Twente deed het met Hallvar Thoresen, Utrecht had Van Hanegem, FC Wageningen speelde nog op de Berg met de meest lelijke spelers van alle clubs, Willem II moest het doen met Arthur Hoyer en Ajax had Arnesen en Lerby. AZ had ik het compleetst. Alleen Pier Tol ontbrak.

In de eerste divisie speelden nog SC Amersfoort met Jan Peters (een van de drie Jan Petersen die in dat jaar speelden), FC Amsterdam, SC Cambuur met Oeki Hoekema, (wie kent hem niet?) FC den Bosch, DS’79, Eindhoven, Fortuna, de Graafschap, Haarlem (Ruud Gullit zonder rasta maar al wel met een streep onder zijn neus) Heerenveen, Helmond Sport, Heracles 74, SVV, Telstar met Frank Kramer (hints), SC Veendam, Vitesse was nog gewoon eerste divisie, FC Vlaardingen, Volendam met Muhren, Tuyp, Jonk en Tol en als laatste FC VVV.

Dit WK gaat het niks worden. Dat weet ik, dat voel ik aan alles, en iedereen weet het. Alleen de commercie ontkent het. De spelers die ons kampioen gaan maken in 2018 zijn er nu nog niet bij. Zij zijn nog druk aan het trainen en zitten nog op school. En de coach? Een duo. Cruijff en van Basten.

Probeert u zich dit te herinneren in 2018. Tot dan.

Over Mack, Randi en Choco

We zijn bijna een week verder met Randi, de buldoodle. Ik kan er nog niet zoveel over melden. Een pup heeft nog geen karakter, is blij met alles, kan alles negeren en kan elk moment in slaap vallen. Het is alsof er een baby bij is, maar dan eentje die zonder luier door je huis loopt. Daarnet zag ik de gordijnen bewegen en ik dacht: hee, de gordijnen bewegen. Dan zijn er twee mogelijkheden. 1. Iets natuurlijks. 2. Iets bovennatuurlijks. Het was een poepende hond achter de tv. Ik kan dat niet natuurlijk noemen.
Verder jammert ze ’s nachts wat af als ze zich alleen voelt in de bench, hoewel er ook al een stille nacht tussen zat, die dan helaas weer onderbroken werd door een jammerende Tammar die het eng vond en niet meer wilde gaan slapen. Zo is er altijd iets dat de nachtrust onderbreekt. Ze zeggen dat een goede nachtrust belangrijk is, maar ik kan me dat niet voorstellen, ik had dan allang dood moeten zijn.

Randi en Choco
Randi en Choco

Hier ziet u haar samen met Choco, die inmiddels 12 is maar 1 toen ze hier kwam wonen en destijds de grote vriend van Mack (de echte). Choco is de meest veilige hond ter wereld voor kinderen, baby’s, inbrekers, katten en inbrekers. Hooguit een wortel doet ze kwaad maar verder nog geen vlieg. En vanwege zijn overdosis karakter moet ik ook nog even een foto van Mack en Mack(de echte) plaatsen.

Mack en Mack (de echte)
Mack en Mack (de echte)

En goed dan, nog een hele mooie.

Engelse Bulldog Mack
Engelse Bulldog Mack

Een historisch moment

Het nieuws over de gevonden wolf in Luttelgeest windt mij op. Ik heb er door de jaren heen al over gelogd, over de terugkeer van de wolf in Nederland. Als u mij niet gelooft, kan ik u op verzoek de linkjes toesturen. In 2008 zijn de wolven pas herontdekt in Duitsland, op 400 km van onze grens. En hij is in de jaren daarna al diverse malen gesignaleerd in Nederland, maar nu weten ze het dan voor 98% zeker, de wolf is terug. Nou ja, niet echt natuurlijk, want hij is gelijk doodgereden dus zitten we weer zonder wolven. Wat me irriteert is de nodeloze voorzichtigheid in de stellingname dat het inderdaad om een wolf gaat. Het zou immers om een hond kunnen gaan. Een pekinees. Een kind kon aan de foto zien dat het een wolf was! Na onderzoek van de maaginhoud, alwaar men een bever aantrof -typisch hondenvoer- en onderzoek van de rest van het lichaam durft men met 98% zekerheid te stellen dat het om een wolf gaat. Nu nog even het DNA onderzoek afwachten.

Natuurlijk is het een wolf, stelletje geldverslindende prutsbiologen! Het zou mij niet verbazen als ze straks per ongeluk het DNA van de bever afnemen en op basis daarvan concluderen dat het geen wolf is. En die eerdere waarnemingen in Nederland betrof ook wolven. Waarom de waarnemer niet op zijn woord geloven? Bovendien, wat maakt het uit of ze er zijn of niet zijn, het gaat erom dat we zeggen dat ze er zijn, want zien doen we ze toch nooit. Overigens, wat ik dan minder vind aan deze wolf, is dat hij een bever op zijn menu had staan. Ja natuurlijk, zo’n wolf weet ook niet dat die beschermd zijn, maar neem een everzwijn of zo. Daar zijn er zat van en dan hoeven die ook niet afgeschoten te worden. Bovendien zitten we nu weer zonder bevers in Nederland, want de voltallige populatie van één stuk zat in zijn maag.

Ik weet niet waarom ik het zo magisch vind. Waarschijnlijk komt het door mijn oma, die vroeger op een camping in Frankrijk gehuil hoorde en concludeerde dat het een wolf moest zijn, wat indruk op me maakte. 150 jaar is het geleden dat de wolf werd uitgeroeid in Nederland. Roodkapje was hier hoogstpersoonlijk debet aan. En nu loopt hij hier weer rond, een prachtig dier, een van de efficiëntste roofdieren die er zijn. Het CDA gaat weer aan de macht komen omdat boeren bang zijn hun veestapel te verliezen. Over dat laatste ben ik minder opgewonden, dat is gewoon meer van hetzelfde.

Maar bedenk dit eens. Mijn oma heeft bijna een eeuw geleefd en ze heeft nooit meegemaakt dat er wolven in Nederland leefden. Nou ja, ze heeft het wel meegemaakt, maar het was nog niet bekend. En nu, wij allen die dit lezen kunnen, maken het wel mee. Het is een historisch moment. Wee degene die zich voortaan tijdens een strenge winter op de toendra’s van het oosten waagt.

Drenthe

sterrenwacht

radiotelescopen

kamp westerbork

drenthe

In 1977 was ik op vakantie in Dwingeloo, bij de radiotelescopen. 37 jaar later ben ik weer op een soort van vakantie in Drenthe en zocht ze weer op. Ditmaal in Westerbork. Nooit had ik er meer één gezien in de tussentijd. De reünie was mooi, op deze dag van de inhuldiging. De werking van een radiotelescoop is verbluffend, getuige de twee kleine groene exemplaren die tegenover elkaar zijn geplaatst. Je kunt naar elkaar fluisteren op grote afstand, en de geluidsgolf wordt weerkaatst en opgevangen zodat je elkaar moeiteloos kunt verstaan op grote afstand. Hunebedden, ook zoiets. Het besef dat hier 5000 jaar geleden mensen liepen te sjouwen met stenen om er grafmonumenten van te maken vervult mij met opwinding. Een bewijs dat de geschiedenis echt is gebeurd! Helaas geldt dat bewijs ook voor voormalig gevangenkamp Westerbork, waarbij op stenen staat aangegeven hoeveel mensen van daaruit naar verschillende vernietigingskampen zijn gedeporteerd, en hoeveel er aldaar zijn omgekomen. Tot op de mens nauwkeurig. Ik vertelde de korte geschiedenis in kindertaal aan Hans en Tammar. Tammar was verontwaardigd en zei: “Oh! Da’s niet lief!” En inderdaad, dat heeft ze goed begrepen. De Duitsers waren niet lief.

De reis naar de hemel

Ik zag vandaag op Facebook wat foto’s uit de oude doos rond gaan. Foto’s van eind vorige eeuw, van vakanties in Frankrijk en van Italië in de jaren zeventig. Op een of andere manier heb ik het gevoel dat we in de reservetijd zitten. Destijds was het de tijd waarin alles gebeurde en waarin alles nieuw was. Nu is het anders. De foto’s zijn veel scherper en kleurrijker en staan vol details die je niet wilt zien, en dan bedoel ik niet de tand des tijds. De jaren zeventig zijn lang geleden dus de regen is weggevaagd en de zomer is in de herinnering blijven hangen. Het was heet, maar niet te heet. Het was dor in Zuid-Europa, maar het voelde altijd lekker.

Nog steeds vind ik de zomervakantie het hoogtepunt van het jaar. Werken moet, en ik dwing mezelf het leuk te vinden, maar niets is beter dan de autodeur dichttrekken voor vertrek naar het zuiden voor minimaal twee weken. Mits mijn gezin aan boord is natuurlijk. Vandaag reed ik even naar het dorp in de auto en mijn gedachten dwaalden af naar de zomervakantie. Ik zag ze al zitten achterin en naast me voor een reis naar een onbezorgde tijd. Zoals de hemel in de bijbel staat beschreven zo zijn mijn gedachten aan zomervakanties. Alleen gaat het bij vakanties om een tijdelijk verblijf in het paradijs. Het heeft veel te maken met mijn eigen jeugdherinneringen die misschien wel té goed zijn. Alles klopte in die tijd. Mijn vader was de man en had deswege de leiding, mijn moeder was de vrouw en had dientengevolge de feitelijke leiding, wij waren de kinderen dus wij bepaalden het uiteindelijke beleid. En we hadden verder niemand nodig. Niemand via de telefoon of via internet, wij vijven waren gelukkig. Tenminste, zo dacht ik erover. Niet helemaal waar, want we hadden natuurlijk ook vakantievriendjes en mijn opa en oma waren er ook vaak bij, maar goed, dat was het dan. En als het weer voorbij was die mooie zomer, dan kwamen we thuis en lagen we weer in schone bedden.

De hemel op aarde is een plek waar je uitsluitend achteraf in gedachten kunt zijn. Toen je er was had je het niet zo in de gaten, maar we zijn er allemaal wel eens geweest. Er was vrede, er was liefde en er was geen pijn, zoals dat hoort in hemels. Momenteel bevind ik me in het vagevuur. Ik moet nog lijden maar er is uitzicht op de vakantie. Mijn vakantieblogjes van de afgelopen jaren stroken af en toe niet helemaal met mijn beschrijving van de hemel, maar dat hoort bij het proces van vergeten van narigheid. Anders kom je er nooit natuurlijk.

Lee Majors

Er was een tijd dat het leven simpel was. Op school was iedereen gelijk, je leerde wat je moest weten en regels waren regels. Bij overtreding van de regels volgde straf, en de straf werd geaccepteerd. Na de straf was het klaar en deed je weer mee met een schone lei. Ik was kind, de buurt was de wereld, mijn ouders wisten alles en de dood bleef ver weg. Op televisie kwam de man van zes miljoen, met zijn bionische lichaam. Ongekend spannend voor vader en zoon. De volgende dag op school was Lee Majors het gesprek van de dag. Wie had het gezien, en wie kon er het meest over vertellen? Hij kon hoog springen en hard rennen, met zijn bionische oog zag hij haarscherp in de verte, en zijn bionische arm had ongekende kracht. Ik vroeg me niet af of het kon, het was een gegeven.

Ik wist toen al dat ik bijzondere momenten meemaakte. Eind jaren zeventig, die jaren zouden niet meer terugkomen. Ik legde momenten vast in mijn geheugen, en die zou ik altijd kunnen oproepen. Mijn slaapkamer was opgeruimd, mijn bed was schoon, de gordijnen waren dicht en ik las Arendsoog en Witte Veder. Ik had lakens en dekens en ik lag er strak onder. Mijn moeder had me ingestopt. Niemand was ver weg en niks ontbrak. Ik probeerde de tijd stil te zetten, wat voor een klein deel lukte door het op te slaan in mijn geheugen. Later zou ik als Lee Majors worden.

Nu zijn de tijden anders, maar ik herbeleef oude tijden. Mijn kinderen hebben dekbedden, maar ze liggen er strak onder. Ze slapen als roosjes en voor hen is de buurt de wereld. De man van zes miljoen is er niet, maar ik hoop dat zij ook hun vroege jeugd onthouden. Nog steeds ken ik magische momenten. Een schoon bed, een warm huis en weekend. Veel meer is er niet nodig.

Het dorp

Ergens in 1970 zong Wim Sonneveld over het dorp. Een lied waarin hij zijn zorg kenbaar maakte over de nieuwe tijd, net wat u zegt. Ik vraag mij af wat hij van deze tijd gevonden zou hebben. Want soms verlang ik weer naar de tijd waarover Sonneveld bezorgd was. Het internetloze en gsm-loze tijdperk, waarvan ik me herinner dat het het een prima tijd was en waarin mensen in hun waarde werden gelaten. De wereld was nog wijd en emigreren stond gelijk aan een afscheid voor altijd. De zorgen waren kleiner en overzichtelijker. Mensen gingen nog niet massaal dood aan kanker, ze gingen gewoon als het hun tijd was. En de politiek werd nog bedreven door mensen tegen wie je opkeek.

Kortom, ik word oud en ik voel hetzelfde als Wim Sonneveld. De kans is groot dat over veertig jaar een klein jongetje van nu terugverlangt naar deze tijd, waarin je nog een vrije wil had, en als je dat wilde, je kon verstoppen zonder dat iemand wist waar je was. Naar de tijd toen het zelfmoordpercentage nog niet op 60% lag. De brainchip die iedereen bij zijn geboorte krijgt geimplanteerd vraagt wel veel van je stressbestendigheid. Goed, je kunt overal en altijd met iedereen over de hele wereld communiceren, er zijn geen vragen meer waarop je het antwoord niet weet, en iedereen krijgt dagelijks een afgemeten dosis dopamine en pijnstillers ingespoten, maar het voelt toch wel erg kunstmatig aan, dit leven.

Maar waar dit lied over ging…geen idee.

Zaterdagavonden.

Een kleine twintig jaar geleden zagen mijn zaterdagavonden er anders uit dan nu. Nu zijn ze steeds hetzelfde, want daar hou ik van, hetzelfde. Zolang hetzelfde maar afwisselend genoeg is natuurlijk. Maar toen, ik kende Linda nog niet, er was nog geen internet, tenminste niet bij mij, en ik woonde net op mezelf. Elke zaterdag reed ik in mijn zwarte Peugeot 205 GTI naar Zwolle waar mijn broer en zijn toenmalige vriendin die nu zijn vrouw is, in een achterbuurt op een flat woonden. Meestal gingen we ’s middags even naar de stad, we deden boodschappen voor het avondeten, we huurden een video en dronken een biertje. Om een uur of twaalf scheurde ik naar huis, alle snelheidslimieten negerend, want ik dacht dat ik een coureur was. Wat ik ook was natuurlijk, alleen racete ik tegen ingebeelde rivalen. Die twintig minuten die ik er over deed waren magisch. De toerenteller die meer dan 5000 stond aan te wijzen, de vibraties en de herrie in de auto, de muziek van zelf samengestelde cassettebandjes, het snelheidsverschil waarmee ik andere auto’s inhaalde op de A50 en vooral de achteloosheid waarmee ik dat deed. Want daar ging het ook om, natuurlijk. Het was een mooie tijd.

Nu is het ook weer mooi. De kinderen in bed, een film aan, op de bank hangen en je af en toe bedenken hoe goed je het ook weer hebt. Eigenlijk zijn zaterdagavonden tijdloos. Het moet toch wel gek gaan wil ik ooit nog een hekel aan zaterdagavonden krijgen.

Inleven

Ik maakte een opgave over het ijzeren-voorraadstelsel. Dat heb ik ooit wel gehad, maar het was toen meer een bedrijfseconomische benadering voor de grootte van de voorraad. De betekenis was mij een raadsel. Als je het fiscaal benadert vallen er ineens dingen op zijn plaats. Maar even ging ik in mijn geheugen terug naar de Meao, naar het moment dat ik een opgave over dat stelsel maakte. En dat deed ik zo overtuigend dat ik nu voor elk getal het f-teken plaatste in plaats van het €-teken.

Mijn inlevingsvermogen is prima, maar ik kan herinneringen soms niet van de huidige werkelijkheid onderscheiden. Daar moet je enorm mee oppassen. Voor mij is het bijvoorbeeld gevaarlijk om terug te denken aan de tijd dat ik nog in mijn bed plaste, nu toch alweer 20 jaar terug. En wat kan er allemaal nog meer misgaan? Honderden dingen. Stel dat ik me achter het stuur inbeeld dat ik veilig achterin de auto zit terwijl mijn vader stuurt? Levensgevaarlijke situaties kunnen er ontstaan. Wat dat betreft is het wel handig dat ik momenteel geen auto meer heb. Nee, zo’n inlevingsvermogen is een gevaarlijk wapen dat alleen onder deskundige begeleiding gebruikt mag worden. Straks ga ik nog gebeurtenissen door elkaar halen, dan is helemaal het hek van de dam. When I snap my fingers…

When your heart is weak.

Dit is nu zo’n moment waarop je als man sterk in je schoenen moet staan. Kijk die verleidelijke lach en let op dat inspelen op mijn gemoed. Ze weten dat ik moeite heb hen te weerstaan en ze proberen me op Twitter te krijgen. En hun boodschap is uit het hart want ze zijn zelf ook van slag. De namen van Hans en Tammar schieten hen niet meer te binnen.

Even schoot het door me heen, Twitter. Maar toen hoorde ik de stem van Samuel L. Jackson in mijn hoofd.

The path of the righteous man is beset on all sides by the iniquities of the selfish and the tyranny of evil men. Blessed is he who, in the name of charity and good will, shepherds the weak through the valley of darkness, for he is truly his brother’s keeper and the finder of lost children. And I will strike down upon thee with great vengeance and furious anger those who would attempt to poison and destroy My brothers. And you will know My name is the Lord when I lay My vengeance upon thee.