Het gaat weer een klein beetje beter. Tot overmaat van ramp had ik maandag een sollicitatiegesprek. De hele nacht niet geslapen en ik moest me erheen slepen. Dat ene uur moest ik meer energie hebben dan de hele week ervoor. Het lukte, maar ik denk niet dat het iets gaat worden. Kon niet genoeg acteren dat ik de baan graag wilde en bovendien werd ik doorgezaagd over mijn hele cv en kreeg ik parate kennisvragen waarop ik het antwoord schuldig moest blijven.
Toen de vraag kwam wat ik in mijn vrije tijd deed, gaf ik aan dat ik graag schreef. “Ik schrijf op mijn weblog,” verduidelijkte ik. Dat vonden de heren interessant. Een van hen ging al klaar zitten om het adres op te schrijven. “Maar ik ga jullie het adres niet geven,” zei ik. Dat verbaasde hem kennelijk. “Een weblog is toch openbaar?” “Jazeker,” zei ik, “maar ook anoniem,” “en zeker voor werkgevers,” dacht ik erachteraan.
Ik heb ooit eens dit weblog opgepakt en verhuisd omdat ik erachter kwam dat op de computer van mijn baas mijn weblog onder zijn recente bezochte sites stond. Die man had dus ineens kennis over mij waarvan ik niet wilde dat hij die had. Ik zette mijn virtuele dood in scène, en stopte. Maar ik leefde stiekem door, net als Elvis.
ik denk ook dat je die baan niet gaat krijgen. Eerder schreef ik al dat we van Foucault hebben kunnen leren dat =niet uit de kast komen= vaak meer vrijheden biedt. Als studenten van een sociale akademie een sciptie over jou schrijven, ben je het haasje, danwel minstens tot =het normale= gedoemd.
LikeLike
Anoniem bloggen is een keuze.
Open en bloot bloggen heeft inderdaad nadelen.
Stille groet,
LikeLike
Zo’n openhartigheid zou ik als mens en als werkgever hoogst lijk waarderen.
Maar de mensheid is er niet klaar voor.
LikeLike
Ik ben al benieuwd naar het vervolg van dat gesprek.
LikeLike
Het leven bestaat uit gemiste kansen. Dit was er geen
LikeLike